Aandachtsoefening
Je gaat zitten en concentreert je op je directe omgeving...
Er gaat werking uit van de levende wezens:
de planten, de mensen om je heen
zij ademen, nemen waar en werken;
zo zijn al de levende wezens hier aanwezig, werkend...
Je bent in harmonie met de werking van dit leven,
hier en nu bij jou.
Er gaat werking uit van de dingen hier die zijn gemaakt: de tafel, het schilderij, sporen van aandacht en werk.
Je neemt waar dat zij zijn gewild en gemaakt
Als sporen van aanwezigheid werken zij in op de omgeving en op jou.
Je bent in resonantie met haar werking.
Een gewaarwording van een deelnemer:
“Werk met mijn handen is uitgespaarde tijd. Ik ben gelukkig als ik met mijn handen werk en dus niet achter mijn computer zit. Maar na het klusje wil ik toch wel weer graag met mijn hoofd werken. Handwerk is dus toch re-creatie, bezig zijn, zodat de duivel van de workaholic mij bezet vindt.”
"Viooltjes gepland, tuin geharkt, graszaad gezaaid. Terug in huis: overal modder."
"Ik wordt me er steeds meer van bewust dat de dingen om me heen ook sporen van menselijke aandacht zijn. Het wordt steeds voller in deze kamer. Allemaal mensenwerk."
"Ik merk dat ik nog vaak terugkijk of dat wat ik gedaan heb nog allemaal in orde is."
Vervolgoefening
We werken aan iets dat al af is, maar bijvoorbeeld geschild moet worden, of geschilderd, of gerepareerd. Herstellen of veranderen van een ding. Mag twintig minuten duren, maar wel graag af om te kunnen genieten van het resultaat.
Genieten is het werk voltooien; zien zonder oordeel; zegenen is zien dat het goed is. Wat is het verschil tussen oordelend zien en zien dat het (niet) goed is?